Onrechtmatige hinder

Datum : 24.11.2018 12:07:51
Door : Michiel de Groote

Onrechtmatige hinder

Deze blog gaat het burenrecht en onrechtmatige hinder. In de praktijk zijn daar best wat rechtszaken over en daarom is het aardig om er eens in te duiken. Geschillen met de buren kunnen nogal hoog oplopen. Overlast in allerlei vormen is van alle dag. Huiseigenaren proberen vaak via artikel 5:37 BW een oplossing af te dwingen. Op grond van die bepaling mag een buur geen onrechtmatige hinder veroorzaken. Op straffe van een dwangsom kan onder omstandigheden een gebod of verbod worden gevorderd. Als beide buren huurder zijn bij een woningcorporatie, dan probeert men soms via het huurrecht een doorbraak te forceren. De corporatie kan een huurder die andere huurders structureel forse overlast bezorgd laten ontruimen. Het huurcontract wordt dan ontbonden, waarna de huurder het huis moet verlaten. Dat gebeurt in een zogenoemde bodemprocedure bij de kantonrechter. Dit staat de rechter alleen toe, indien er daadwerkelijk bewezen kan worden dat een huurder extreme overlast veroorzaakt. Eventueel kan in een kort geding al ontruiming worden gevorderd. Zo’n kort geding loopt dan vooruit op de bodemprocedure, waarin uiteindelijk de ontbinding van de huurovereenkomst wordt uitgesproken. Dat laatste kan namelijk niet in een kort gedingprocedure.

Een voorbeeld waarin een ontruiming in kort geding niet lukte is het recente vonnis van 21 november 2018 (ECLI:NL:RBMNE:2018:5710). https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBMNE:2018:5710&showbutton=true

De kort gedingrechter oordeelt:

“onvoldoende aangetoond dat [gedaagde] een zodanige rol speelt bij het (voort)bestaan van het conflict en de spanningen zoals die nu leven in de buurt, dat aangenomen kan worden dat hij ernstig tekortschiet als huurder en ontbinding van de huurovereenkomst gerechtvaardigd is.”

De aard van de overlast is niet in detail beschreven in het vonnis, maar blijkbaar is er nog teveel onduidelijk. Een mooi voorbeeld van een ontruiming die wel lukte biedt het arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 19 januari 2016. Gedetailleerd is beschreven over extreme geluidsoverlast, een sterke wietgeur in de berging van de buurman en structureel verbaal geweld (soms zelfs “met zijn broek half open”). Dat ging de rechter kennelijk te ver.

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHAMS:2016:111

Ook overheden kunnen onrechtmatige hinder veroorzaken. Een interessant voorbeeld is dat van de speelkooi in de gemeente Terneuzen. De gemeente is eigenaresse van de openbare ruimte en daarmee van de speelkooi die in een woonwijk was aangelegd. Vanwege de forse geluidsoverlast in de avond startten omwonenden een rechtszaak. De gemeente mag als eigenaresse van de speelkooi geen onrechtmatige hinder veroorzaken (artikel 5:37 BW). Verder gelden voor overheden de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Het bekritiseerde handelen van de gemeente (het niet sluiten van de speelkooi in de avond en de nacht) moet vol worden getoetst aan die beginselen. Uiteindelijk oordeelde het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch (net als de rechtbank in eerste instantie), dat de speelkooi in de avond en de nacht gesloten moest zijn. Hieronder de link naar het arrest van het Hof.

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHSHE:2017:1534

Michiel de Groote

(Photo by P. Anoshin on Unsplash)

Terug